Een euro, een € of EUR? Eindig je het bedrag op ,-? Schrijf je bedragen met decimalen of niet? En hoort die € nou voor of achter het getal? Je bent niet de eerste die zich afvraagt hoe je geldbedragen nou eigenlijk schrijft. En daarom dit blog: we leggen je alles uit rondom het schrijven van bedragen!

Zeg je euro of euro´s? Gebruik je komma’s, nullen of streepjes bij ronde bedragen? En hoort een €-teken voor of achter de cijfers? Alles was je wilt weten over het schrijven van bedragen vind je in dit blog!

Euro, EUR of €?

Gelukkig hier niks moeilijkst aan: of je nu euro, EUR of het euroteken gebruikt om onze geldeenheid aan te geven: dat is allemaal goed. EUR wordt het minst gebruikt: dat komt eigenlijk alleen voor in financiële teksten, omdat het komt van de internationale ISO-muntcode. Euro en het €-teken mag je eigenlijk altijd gebruiken.

De meest toegankelijke versie, euro, gebruik je precies zoals je het zegt: Ik krijg nog 10 euro van je. Met een spatie, en het woord komt achter het getal. Gebruik je toch EUR? Dan zet je dat ook met een spatie achter het getal: 25 EUR.

En het euroteken: waar moet dat staan?

Je ziet het nogal eens, 30 € voor deze boeken, want dat is hoe je het zegt. ‘Dertig euro’. Maar gebruik je een euroteken, dan is er maar één goede manier om dat te schrijven: het teken staat vóór het getalletje en tussen het euroteken en het bedrag, zeg je een spatie. Juist is dus: € 30.

Pro-tip: dat geldt trouwens niet alleen voor de euro, maar ook voor alle andere symbolen, zoals dollars, yens of ponden.

En hoe zit het dan met decimalen?

Nog meer goed nieuws: ook hier kun je het eigenlijk niet fout doen. Want zowel

• € 5
• € 5,00
• € 5,-

zijn goed! In Nederland komt de versie met een streepje het meest voor, in België gebruiken ze vaak het bedrag zonder komma, streepje of decimalen. En dat doen we in Nederland ook weer als het om grote bedragen gaat: Ik heb € 50.000 geïnvesteerd in een startup.

Tsja, daar komt ie weer: het Nederlands heeft altijd een uitzondering op de regel. Schrijf je een bedrag namelijk in een samenstelling? Bijvoorbeeld als je het over een biljet hebt? Dan vermelden we nooit decimalen: € 50-biljet.

En als je juist géén geld hebt?

We doen het natuurlijk niet graag, maar wel goed om te weten: negatieve bedragen schrijven, hoe doe je dat dan? Schrijf je het minteken vóór of na het €-teken? Dat ligt een beetje aan de context. Taaladvies zegt:

• Bij een negatief bedrag schrijf je € -25 (‘De munteenheid is euro, het bedrag is negatief’)
• Gaat het om een korting, dan schrijf je – € 25 (‘Dit is een korting van 25 euro’)

Vind je het negatief bedrag, net als wij, er een beetje raar uit zien? Dan kun je het natuurlijk ook vermijden door -12 euro te schrijven. Wel zo duidelijk.

En als laatste: zeg je nou eigenlijk euro of euro’s?

Gelukkig ook hier weer niet te moeilijk: mag allebei! In Nederland gebruiken we vaak het meervoud, in België is het enkelvoud gebruikelijk. Dat geldt eigenlijk voor alle valuta, behalve voor kronen. Dat is – je merkt het al –altijd meervoud.

Meer weten over het schrijven van bedragen of getallen?

Nu weet je precies hoe je bedragen mag schrijven. Maar heb je ook wel eens nagedacht over het schrijven van grote getallen, of je uitgeschreven getallen aan elkaar of los schrijft óf hoe je cijfers inzet om te overtuigen? Lees onze blogs of schrijf je voor meer schrijftips in voor onze nieuwsbrief!